West-Brabanders werken huisvesting arbeidsmigranten tegen, ook bestuurders laten ze zitten

West-Brabantse gemeenten hebben te weinig aandacht voor arbeidsmigranten, concluderen onderzoekers. Lokale bestuurders tonen vaak weinig inzet voor huisvesting. Of de eigen bevolking werkt ze daarin tegen.

Die conclusies zijn te lezen in het onderzoeksrapport Arbeidsmigratie in Noord-Brabant, de markt en de mensen(handel), dat is opgesteld in opdracht van de provincie Brabant. In het rapport uiten de onderzoekers forse kritiek op de manier waarop in West-Brabant wordt omgegaan met de huisvesting van werknemers uit het midden en oosten van Europa.

Onmogelijke ambitie
De ambitie om nog dit jaar 9500 legale woonplekken voor deze arbeiders te creëren, omschrijven zij als ‘vooralsnog onmogelijk’. Daarvoor dragen ze diverse oorzaken aan. Zo varieert het draagvlak voor de onderdak van buitenlandse werknemers nogal. Niet elke gemeente beschouwt het onderwerp als prioriteit; daarom zijn veel plaatsen vooral bezig met de eigen, lokale problemen.
Ook zijn er veel West-Brabantse gemeenten die alleen naar huisvesting willen kijken voor mensen die binnen hun eigen grondgebied werken.
Slechts twee plaatsen in West-Brabant, Zundert en Drimmelen, informeren zelf ‘hun’ buitenlandse werknemers over wonen­­ en werken in Nederland. De rest laat dat over aan werkgevers of uitzend­organi­saties.

Toeristenbelasting
Een vast overlegmoment tussen gemeente, uitzendbureaus en migranten inhurende bedrijven, bestaat in veel plaatsen niet. Als er al onderling wordt gepraat, dan gaat het hooguit over zaken als fraude, overlast en de verplichting om toeristenbelasting te betalen.
Verzet van de plaatselijke bevolking speelt een grote rol bij de haperende huisvesting: ‘Burgerweerstand heeft als een rem gewerkt op de regionale huisvestingsopgave’, concludeert het rapport.
Begin 2019 deed de provincie nog een oproep aan West-Brabant om in actie te komen: doe meer aan onderdak voor buitenlanders die hier werken. Zonder resultaat: ‘Door het burgerverzet is juist gas teruggenomen.’

Geen belangenbehartigers
Waar wél werk is gemaakt van onderdak, ‘daar lijken integratie en participatie naar de achtergrond geschoven’. Anders gezegd: de arbeidsmigranten worden er min of meer aan hun lot overgelaten. Die eenzame situatie wordt benadrukt door het ontbreken van steun in de West-Brabantse samenleving. Want, constateren de onderzoekers, ‘er zijn in deze regio geen lokale organisaties actief die specifiek de belangen van migranten behartigen’.

De opstellers van het rapport hebben het idee dat arbeidsmigranten in West-Brabant worden beschouwd als een noodzakelijk kwaad: ‘Wel nodig, niet zichtbaar’.
Terwijl ze worstelen met de Nederlandse taal, de regels en amper contact maken met de lokale bevolking, is er nauwelijks aandacht voor hun kwetsbare situatie. Dat heeft gevolgen, menen de onderzoekers: ,,Misstanden worden niet of minder snel opgemerkt. Het idee kan ontstaan dat er zelfs helemaal geen misstanden zijn.’’
Het rapport werd opgesteld door Tilburg University en het Coör­dinatiecentrum tegen Mensenhandel.

Bron: BN De Stem.nl (9 februari 2020).