Het Kenniscentrum Arbeidsmigranten voerde recent haar derde panelonderzoek uit onder haar arbeidsmigrantenpanel Share my VoiceDe publicatie De scholing en loopbaanbegeleiding van arbeidsmigranten – een wereld te winnen rapporteert de belangrijkste resultaten van deze opiniepeiling onder arbeidsmigranten en kennismigranten. Het rapport gaat in op de aanwezigheid en het gebruik van voorzieningen in de sfeer van scholing en loopbaanbegeleiding voor in Nederland werkzame arbeidsmigranten. Lees hieronder een korte samenvatting of klik hier voor het volledige rapport.


Aanbod van scholing en begeleiding is onvoldoende
Uit de resultaten komt naar voren dat arbeidsmigranten vaak een discrepantie ervaren tussen hun opleidingswensen en de kansen die ze krijgen van de bedrijven waar ze werkzaam zijn. De nadruk in het aanbod lijkt eenzijdig te liggen op training en begeleiding op de werkplek. Hun kennis en vaardigheden worden vooral functiegericht bezien vanuit de korte termijn, en mede daardoor heeft loopbaanbegeleiding weinig prioriteit. Het werk is in veel gevallen weinig specialistisch en de bestaande kwalificaties en vaardigheden blijken te voldoen aan de behoeften van de (inlenende) onderneming. Het belang dat zij zich blijven ontwikkelen wordt mede daardoor minder onderkend.

Faciliteiten en incentives ontbreken
Ruim driekwart van de respondenten volgt op dit moment geen opleiding. Daarbij scoort de categorie die laaggeschoold werk verricht ver onder dit gemiddelde. Kijkend naar de contractvormen, dan is de score onder uitzendkrachten uitgesproken laag. Arbeidsmigranten die op basis van een vast contract werken zijn aanmerkelijk beter af dan arbeidsmigranten die werken in de flexibele schil. Bij arbeidsmigranten die laaggeschoold werk verrichten, vooral bij de laaggeschoold werkende MOE-landers, is blijkbaar in de ogen van de werkgever minder vaak dan bij de hooggeschoold werkenden sprake van bestendige relaties en dit maakt dat zij minder in aanmerking komen voor vormen van scholing en de bijbehorende incentives. Het rapport noemt deze terughoudendheid om in hun scholing te investeren een gemiste kans.

Het ligt niet aan de bereidheid of ambitie
Bij de respondenten die geen opleiding volgen contrasteert het antwoord op de vraag of men op dit moment een opleiding zou willen volgen in grote mate: meer dan twee derde antwoordt bevestigend op die vraag. Een andere belangrijke indicator vormt het antwoord op de vraag of sprake is of zou moeten zijn van een aanbod. Het percentage respondenten dat zegt geen aanbod te krijgen, maar dat wel graag zou willen is hoog. De arbeidsmigranten die laaggeschoold werk verrichten krijgen nauwelijks een aanbod met betrekking tot loopbaanbegeleiding, terwijl zij met ruime meerderheid laten weten dat er wel behoefte bestaat. Van de arbeidsmigranten die de wens hebben door te groeien, heeft twee derde een duidelijke voorkeur dit te doen in het huidige werk, een derde deel wil graag doorgroeien naar een andere baan. Een groot aantal ervaart een discrepantie tussen wens en mogelijkheid: de wens door te groeien in het eigen werk enerzijds, geen of weinig kansen anderzijds.

Over het onderzoek
Het rapport is geschreven door Jan Cremers (verbonden aan de Universiteit van Tilburg) en Harry van den Tillaart. De onderliggende peiling is uitgevoerd door I&O Research in opdracht van Het Kenniscentrum Arbeidsmigranten. De peiling is een initiatief van Het Kenniscentrum Arbeidsmigranten en is gehouden onder meer dan 750 arbeidsmigranten. Zij heeft de uitkomsten van de peiling gedeeld tijdens een expertmeeting op 24 februari 2022 met een dertigtal deelnemende lokale, regionale en landelijke beleidsmakers, uitvoerende organisaties en deskundigen.