Terwijl het aandeel arbeidsmigranten uit Polen afneemt, groeit de instroom van Spanjaarden en Portugezen juist hard. Er is werk genoeg, maar huisvesting is een probleem. ‘Je wilt niet dertig man in een rijtjeshuis hebben.’

De arbeidsmarkt piept en kraakt. Bedrijven in uiteenlopende sectoren proberen op allerhande manieren aan personeel te komen. Maar eenvoudig is het niet. ,,De krapte is extreem,” zegt arbeidsmarktanalist Bart van Krimpen van uitzendbureau Randstad Groep in Het Parool. Een manier om toch aan personeel te komen is over de grens kijken, zegt Mark Verstappen van EU Flex Services, onderdeel van Randstad Groep, gespecialiseerd in het in dienst nemen van buitenlandse uitzendkrachten.

Niet dé oplossing, wel belangrijke bijdrage
Volgens Verstappen werpt dat zijn vruchten af. ,,Het is niet dé oplossing voor de krapte op de arbeidsmarkt, maar levert wel een belangrijke bijdrage,” meent hij. En opvallend: de laatste jaren is er een duidelijke verschuiving te zien in landen waar arbeidsmigranten vandaan komen.

Waar ze voorheen met name uit de Oostbloklanden kwamen, groeit de laatste jaren het aandeel werknemers uit Zuid-Europa hard. De instroom van Portugezen en Spanjaarden is volgens EU Flex Services in de afgelopen drie jaar gestegen van 20 naar maar liefst 60 procent ten opzichte van de ‘traditionele landen’ zoals Polen.
Volgens Verstappen is de animo uit Polen afgenomen, omdat daar de arbeidsvoorwaarden flink zijn verbeterd. Verstappen: ,,Dus zijn we actief op zoek gegaan naar nieuwe landen waar potentie zit. Dan kom je algauw uit bij landen waar de werkloosheid hoog is.”